Zeeuwse kust marathon; de zwaarste

Daar aan de kust…..Het nummer van Bløf zal regelmatig door mijn hoofd spoken, zoals ook de wind om mijn hoofd spookt. De strijd tegen de elementen is een beproefd onderdeel van de loop, waar half Zeeland voor uitloopt. Vandaag word ik daar niet in teleurgesteld. Als ik Schouwen verlaat via de Oosterscheldekering en het werkeiland Neeltje Jans. Gelukkig loop ik in een grote groep waar onder mijn impuls aardig word samengewerkt om kop over kop de wind hett hoofd te bieden. Windkracht 6 en voornamelijk tegen. Normaal geen probleem, maar we lopen nu niet in een ronde, maar een point to point marathon met start in Burgh Haemstede en finish in Zoutelande. Mijn gedachten dwalen af naar gisteren. Na een dag hard werken (onder andere voor de klant ZLM, een Zeeuwse hoofdsponsor) zoek ik mijn startnummer waar de naam van de sponsor op prijkt. Ik bekijk nog even het route -en hoogte kaartje van deze marathon die niet vlak en zeker niet saai is. Het is druk op de weg vanuit Rotterdam.

Onderweg pik ik mijn vriendin op en we arriveren in hotel Bom in hartje Burgh. Na en heerlijk diner met uiteraard pasta en heerlijke garnalen gaan we s’avonds laat nog even uitwaaien. Om 23.00 rijden we langs de verlaten start en gaan nog een wandeling maken in het pikdonkere bos in de kop van Schouwen.

Warming up rond de kerk

na een kop koffie aan de overkant van het hotel begeven we ons naar de start, waar de mountainbikers hun finish beleven. Even een rondje inlopen rond de kerk en een warming up om de spieren alvast een seintje te geven. Vriendinlief zoekt steun bij andere vrouwelijke aanhangers, ze zijn nog zenuwachtiger dan de lopers! Ze heeft dan ook een lastige opdracht om tijdig op het 20 (dam voorbij Breezand) /Vrouwenpolder) en het 30 km punt (Veere) te zijn en mij ook nog te zien finishen in Zoutelande.

Ik wurm me onder het touw vooraan het startvak voor de snelle lopers. Om me heen kijkend zie ik ook wat “minder snelle” lopers. Het bordje stond ter hoogte van de afscheiding, waar je bij een grote marathon nog extra vakken hebt voor snelle lopers en “geinviteerden”, mag ik hier in het voorste vak staan. Maar ik weet dat ik niet met de voorste mee hoef te gaan, want er zullen zeker 100 lopers zijn die een sub 3 in de benen hebben.

Lopen maar

We wachten tot de klok 12 uur slaat om af te tellen voor vertrek. De starter hoor de klok niet luiden vanwege de overvliegende helikopter. Dan maar handmatig aftellen. We mogen weg in een ontspannen sfeer. Vriendin Sandra zwaait me uit en we verlaten Burgh. Buiten het dorp voel je meteen de invloed van de harde wind. Windkracht 6 is opgegeven. Er valt een afscheiding tussen de eerste grote groepen en mijn persoontje. Ik word meteen gedwongen een keuze te maken, het gaat al redelijk hard en ik overweeg om me te laten bijhalen door andere lopers. ik kan aanhaken bij een relatie jonge loper die een dame op sleeptouw neemt. Ik haak aan en wij vormen lange tijd een groepje van drie. Onderweg pikken we nog een vierde loper op die alleen loopt te strijden tegen de tegenwind. De jonge haas moet afhaken, hij ging al op een te snel schema weg. We verlaten het eiland en gaan de stormvloedkering over. De slanke dame probeer ik wat in toom te houden, ze zegt dat snelheid haar beter ligt dan duur, maar samenlopen is natuurlijk wel krachten sparen. We halen een dame in die voor haar loopt en ik bedenk dat mijn metgezelle mogelijk een hoge notering bij de dames kan behalen.Een loper die ons inhaalt laat ik wijselijk gaan. Die zijn we over een paar kilometer wel terug , waarschuw ik mijn groepje. En inderdaad ruim 2 kilometer hebben we hem weer gegrepen. We houden het tempo constant op 4.35-4.40 per kilometer. Over de Stormvloedkering

Op weg naar de Oosterscheldekering

Op de eerste brug komt er een grote groep bij ons aansluiten onder aanvoering van 2 snelle ervaren lopers. We zijn met 20 man sterk, maar er is geen eenheid. “Aflossen, korte beurten kop over kop” adviseer ik. En langzaam komt er een machine in het treintje. elke 30a 60 seconden waaien de voorste lopers terug in de groep en doet iemand anders sleurwerk tegen de wind. Met een buitenlandse loper ben ik aan de beurt. We zijn het eiland Neeltje Jans genaderd en gaan een heuveltje af. het tempo vliegt omhoog en ik corrigeer mijn medeloper. Ook achterin word geschreeuwd over de plotse versnelling. Mijn duimpje gaat omhoog en het tempo weer omlaag. De slanke dame in het paars doet ook lange kopbeurten en lijkt zeer fit en tegelijk met haar krachten te smijten.

Een loper uit Zoutelande gaat de Rotterdam Marathon nog doen en heeft vele ultraruns gelopen. Hij loopt nu naar huis, een helder doel. WE knabbelen aan ons eerste gelletje. Op het werkeiland Neetltje Jans voelen we de eerste regenspetters. De regen zal niet meer stoppen, integendeel. We verlaten de Deltawerken en de Oosterschelde en zetten voet aan de Noord-Bevelandse kust. We haalen een ander groepje in dat het moeilijk heeft, er vallen gaten bij de verversingspost en ik voel de pijn in mijn abductoren toenemen. In de voorbereiding had ik lang een blessure die zich verplaatste naar de zone onder de liezen. Ik kijk op mijn Garmin 245 en zie dat we op 15kilometer zitten. Ai, nog 27 kilometer met pijn lopen. Maar dit zijn niet de goede gedachtes bedenk ik me. Ik ga weer externaliseren (de focus buiten mijzelf verleggen) . De groep bestaat uit een bonte mix van ervaring en enthousiaste energiekelingen. Van een aantal merk ik dat ze het al lastig hebben en waarschijnlijk nog onervaren zijn. Anderen lopen erbij alsof ze net van start zijn gegaan. We naderen het 20km, ik loop achterin de groep en heb 2 zorgen: Gaat mijn vriendin mij zien in dit grote peloton of loop ik haar en mijn extra gelletje mis? Een andere is mijn blessure die steeds nadrukkelijker signalen afgeeft Er staat veel publiek als we in volle vaart van de dijk naar beneden draaien richting strand. In een flits zie ik links vriendinlief staan en ik kan een gel uit haar hand trekken. De bidon die ik zou afgeven zit nog voor meer dan de helft vol met Maurten koolhydraatrijke drank.

Over het strand

We draaien het strand op en de groep versplintert als een als een vaas die kapot valt. ik probeer mijn tred aan te passen, maar merk dat ik in het mulle zand minder uit de voeten kom dan normaal. Dit heeft alles met de pijnlijke spieren rond de lies te maken. ik heb het zwaar, we zijn nog niet eens halverwege. Een klein groepje loopt weg, achter me raken anderen al ver achter op. De wind is nog steeds schuin van voren. ik probeer bij 2 lopers aan te haken die 15 meter voor me lopen. op hun beurt lopen zij weer 10 meter achter een klein groepje. Versnellen is lastig en kost pijn en kracht. Het strand ga ik nog minstens 6 kilometer voorbij zien komen. We lopen nu met 4 lopers maar wel allemaal met afstand er tussen. Ieder kiest zijn eigen pad, op zoek naar de weg van de minste weerstand. Het zand langs de vloedlijn is eerst hard, maar later ga ik hoger lopen, want het zand is daar natter en ik zak er weg. Met een loper sluit ik een soort verbond nadat we stuivertje aan het wisselen zijn. Ik denk aan Egmond waar ik genoot van het strand, hier is het een pijnlijke straf. En het zwaarste, de dijken en hoge trappen moeten nog komen. Gaat bij 30 kilometer het licht zo meteen uit? Voorlopig eerst naar de 25 kilometer toe. We sluiten aan bij een groepje van 6 dat het ook lastig heeft: ik herken een sterke triatleet van ons eerste 20 kilometers. Ik zie een strandopgang en veel mensen en hoop dat we hier het strand gaan verlaten, maar kom bedrogen uit. Met hangen en wurgen kom ik de laatste kilometer op het strand door. In Valencia en Berlijn ging ik op dit punt versnellen, maar heb het gevoel dat het licht langzaam uit gaat. Dan zie ik de trap omhoog en een aantal loper die al snel gaan wandelen.

Hoogtemeters maken

Ik pep mezelf op en neem me voor om wat lopers in te halen. De quadriceps doen het nog prima. ik haal er een aantal in en ga meteen door op de slingerende heuveltjes. Waar ik ze op het strand liet gaan kom ik ze nu weer allemaal voorbij, al voelt het wel als een tussensprint. Het 30 kilometer punt moet nog komen. Op het vlakke gedeelte komt de pijn weer terug, maar de uit -knop heb ik wel gevonden: de dood of de gladiolen. alles wat ik nu win verlies ik straks niet meer, desnoods maar op een slakkegang de laatste kilom eters. Er komen weer wat lopers uit de achtergrond bij me lopen. Graatje mager, maar ook weinig spieren, ik moet het hebben van kracht en souplesse. In Veere zie ik het 30 km punt. Een mooi uitzicht op zee en de stad. Ik geniet weer van het avontuur en de storm die de lopers probeert terug te blazen. Gelukkig hebben we in het duingebied ook wat beschutting.

Het glooit weer en ik neem de lop weer over. in de verte weer een bekend gezicht: Sandra had weer net op tijd een plekje gevonden met de auto en was de dijk op geklommen: een blije kreet en een gelletje zijn mijn steun. Ik geef de bidon af en roep om mijn andere flesje. Al hollend komt Sandra alsnog mijn flesje isotone drank brengen. Toch hebben mijn inspanningen me ook kracht gekost. op het vlakke probeer ik mijn ritme te hervinden. Na 33 kilometer is de dijk onverhard en heeft de wind vrij spel. Een groepje lopers waaronder de triathleet waar ik eerder mee liep komen samen. Het lijkt wel een cross. Ik neem de kop, omdat er wat vertragende lopers tussen zitten.

Een oudere taaie loper in het zwart komt even later voor bij en sleurt het tempo nog iets hoger. De triahtleet kan mee en ik moet een gaatje laten. Het is weer het oude liedje ik bevind me in een niemandsland, maar hier is de wind het krachtigst en ik heb geen zin om nog 7 kilometer alleen tegen de wind te beuken. ik neem een sprintje en kom tot bij de twee manen voor me. Meer dan een kilometer loop ik op mijn tandvlees dankbaar gebruik maken van de diensten van de veteraan. Bij35 kilometer komen we op de kop van het eiland, de wind is nu vol tegen i.p.v schuin. De striemende regen voel ik niet eens meer. Ik omarm de kou als een lang verwachte vriend.

Tegen de storm in

De triatleet neemt de kop, de man in het zwart kan niet volgen. Weer besluit ik te versnellen met onverwachte krachten. Ik voel me schuldig dat ik de kop niet neem, maar dit is mijn limiet. Ook de triatleet raakt moe en ik kan wat sparen. We wisselen kop over kop terwijl zijn trainer/begeleider ons moed inspreekt vanaf de moutainbike. We hebben een onuitgesproken band en halen nog wat lopers in. Het parcours is hier voor geen meter vlak, terwijl we bij Westkapelle een lusje draaien en een lange steile trap nemen. Ik ken dit laatste gedeelte aangezien ik hier een half jaar geleden nog van een korte vakantie genoot. Ik knok van kilometer naar kilometer, terwijl ik niet weet of ik deze razende cadans tegen de storm nog lang kan volhouden. Daar is de hoogste top en het 40 kilometer punt. Met wijd open gesperde mond en hoge arminzet zet ik mijn tanden in deze laatste horde. ik los mijn metgezel, die later die een kilometer later weer aansluit. We mogen als toetje nog een kleine kilometer over het strand. Hier is het weer lastig voor me. Een loper die we eerder haalde komt hier voorbij, we zoeken onze weg tussen de hoge houten strandpalen waar je maar net tussen door kan (met een beetje overdwars lopen). het tempo is er weer uit en het is ploeteren. Ik ruik de finish en probeer achter de loper die afstand neemt aan te gaan. Mijn maatje moet nu definitief lossen. Boven op de dijk in Zoutelande heb ik nog puf voor een lekkere laatste kilometer en ik dender naar beneden voor een heroische laatste 200 meter, waar de toeschouwers massaal hun longen schor schreeuwen. Ik kom genietend over de finish, waar de laatste 40 meters over een kunstmatige zandstrook. In 3.25 mag ik blij zijn met mijn tijd.

Binnen zie ik de slanke dame die als 3e dame in haar leeftijdscategorie is gefinished. Er staan wat hulpverleners om haar heen, ze is helemaal onderkoeld en kan nauwelijks praten. Ik feliciteer haar met haar mooie race en tijd. Het is druk op de terrassen, waar ik nog net een plekje vind . Samen met vriendin is het genieten van de chocomel, bier en bitterballen. De sfeer is ondanks het weer geweldig en op het grote scherm zien we nog veel strijders binnenkomen.

Over AriBombari

Run for your life, before life runs you!
Dit bericht werd geplaatst in Blogverslag hardloop wedstrijd en getagged met . Maak dit favoriet permalink.

4 reacties op Zeeuwse kust marathon; de zwaarste

  1. Fred Van Der Gon Netscher zegt:

    Ongelooflijk, zowel jouw prestatie als de gedetailleerdheid van jouw verslag. Dat je dit allemaal achteraf kunt onthouden! Mega-sterk gelopen, proficiat!

    • AriBombari zegt:

      Ha Fred, dank voor de aardige complimenten. Ze zeggen dat hardlopen goed voor je geheugen is! Ik constateer dat ik in de na het hardlopen de dag als een preciese film weer terug kan spelen. Als contrast: soms kan ik delen van een gesprek (als ik niet hardloop) lastig reconstrueren. Een apart fenomeen!

    • AriBombari zegt:

      Hi Fred, een beetje late reactie, maar leuk om dit te horen. het is inderdaad opmerkelijk dat je (lees: ik) tijdens en na het lopen zoveel details weet vast te houden

  2. Pingback: Het verhaal van een medeloper! - MSV Loopgroep

Plaats een reactie